Nederlands voor alle kinderen is een nieuw project om immigrantenkinderen te ondersteunen bij het leren van de Nederlandse taal. Elk jaar komen meer dan 40.000 kinderen naar Nederland met als doel van dit land hun nieuwe thuis te maken. Het kunnen kinderen zijn van vluchtelingen, van immigranten die werk komen zoeken of van expats die vanwege hun beroep Nederland als werk- en woonplek kiezen.
Deze kinderen hebben verschillende leeftijden, achtergronden
en vaardigheden, maar ze hebben allemaal hetzelfde doel:
Nederlands leren.
Het leren van de Nederlandse taal is een van de belangrijkste taken van immigranten. Het is voor hen de basis voor succesvolle integratie op alle gebieden. Een succesvolle verwerving van de basiskennis van het Nederlands vergroot het thuisgevoel van immigranten, versterkt hun zelfbeeld en verhoogt hun succes met latere schoolprestaties.
De algemene onderzoeksvraag luidt: wat is de volgorde van verwerving van woorden en grammaticale constructies in het Nederlands, bij kinderen die het Nederlands als tweede taal leren, en welke factoren beïnvloeden deze volgorde? Dit wordt onderverdeeld in de 3 onderstaande doelen.
- Het opstellen van een referentielijst voor 400 woorden en 20 grammaticale structuren die niet gebaseerd is op leeftijd, maar op volgorde van verwerving en op tijd in Nederland.
- Het in kaart brengen van de factoren die de verwerving van het Nederlands als tweede taal kunnen beïnvloeden bij deze doelgroep.
- Op basis van bovenstaande bevindingen, het definiëren van nieuwe observatie- en meetcriteria voor de taalontwikkeling van deze populatie om de kennis en de vooruitgang van ieder kind nauwkeuriger te kunnen meten.
285 van deze kinderen zijn moedertaalsprekers van het Nederlands en zitten in groep 1 t/m 4 in het reguliere onderwijs. Deze groep dient als controlegroep en stelt ons in staat om een referentiekader te creëren voor de moedertaalsprekers van het Nederlands.
715 van deze kinderen hebben Nederlands als tweede taal. Zij zijn gedurende de laatste twee jaar naar Nederland gekomen en zitten momenteel op een school waar ze specifiek taalonderwijs krijgen. Voor elke deelnemer houden wij de volgende gegevens bij: leeftijd, tijd (aantal dagen) in Nederland, moedertaal, reden voor immigratie naar Nederland, extra informatie die relevant zou kunnen zijn (bijv. geletterdheidsniveau, socio-economisch status gezin, hoeveelheid én kwaliteit input moedertaal/Nederlands, taalkennis van opvoeders, etc.).
Met behulp van de wetenschappelijk bewezen Coloring Book-methode zullen wij hun taalbegrip testen. Zo onderzoeken wij wat oorzaken kunnen zijn van een versnelde of vertraagde verwerving van de Nederlandse taal.
Leerkrachten en beleidmakers geven aan dat er op dit moment gebrek is aan een passende referentielijst en betrouwbare meetcriteriaOp 12 september 2013 schreef de Onderwijsraad in het advies 'Vooruitgang boeken met achterstandsmiddelen': Er is nog weinig wetenschappelijk bewijs voor de effectiviteit van verschillende maatregelen om goed onderwijs te bieden aan doelgroepleerlingen. De raad adviseert om te investeren in een meer systematische kennisopbouw. Dit kan scholen helpen om hun achterstandsmiddelen doelgerichter in te zetten en de beoogde effecten te realiseren. Voor een succesvolle opbouw van kennis is samenwerking nodig tussen scholen, onderwijsontwikkelaars en onderzoekers waarmee een juist beeld van de vooruitgang van het kind kan worden gegeven.
Dit onderzoeksproject legt een wetenschappelijke basis
voor onderwijs aan kinderen die Nederlands leren
als tweede taal.
Zo kunnen opvoeders, leerkrachten en professionals deze kinderen beter monitoren en begeleiden. De data kunnen als waardevol instrument worden ingezet om actueel en effectief leer- en testmateriaal te ontwikkelen voor het onderwijs voor tweedetaalleerders. Een leerkracht kan bijvoorbeeld onze data gebruiken om…
- de vooruitgang gedurende het schooljaar te peilen, om na te gaan of het kind goed op schema zit;
- te bevestigen dat het kind klaar is om in te stromen naar regulier onderwijs;
- te zorgen dat kinderen met verschillende migratieomstandigheden en met verschillende thuistalen niet over één kam geschoren worden;
- te signaleren dat een kind zeer laag of juist zeer hoog presteert in vergelijking met deze referentielijst, zodat aan deze kinderen speciale aandacht geboden kan worden.
Er is veel behoefte aan wetenschappelijke kennisOp 23 februari 2017 schreef de Onderwijsraad in het advies 'Vluchtelingen en onderwijs': Aanbeveling 2: investeer in deskundigheid en onderwijsmaterialen Om de kwaliteit van het onderwijs aan vluchtelingen te verhogen, zijn investeringen nodig in de deskundigheid van leraren en teams én in betere lesmaterialen. Expertise van tweedetaalverwerving en -didactiek zijn onontbeerlijk. (…) De raad wijst er nog eens op dat goed onderwijs moet zijn gebaseerd op wetenschappelijke inzichten. Hij pleit daarom voor gedegen onderzoek naar de effecten van de verschillende soorten eerste-opvangonderwijs. die gericht is op de specifieke kenmerken van kinderen die Nederlands als tweede taal leren. Met dit project dragen wij bij aan het leveren van deze kennis.
Wij zijn dankbaar voor de sponsoring die wij ontvangen van:
Recent Comments